Onze patiënt, een 37-jarige hardloper, kwam met klachten van pijn in de linkerknie, die vooral toenam bij afstanden groter dan 5 kilometer. Hij had eerder een trauma opgelopen, wat resulteerde in een gedeeltelijke ruptuur van de quadriceps en de obliques internus en externus.

Vraagstelling van de patiënt: Waarom blijven mijn klachten aanhouden en waarom neemt de pijn in mijn knie toe na het lopen van grotere afstanden?

De verwijzer vroeg ons specifiek om door middel van een loopanalyse te achterhalen waar de problemen zich tijdens het hardlopen voordoen. Het doel was om te ontdekken welke keten in het lichaam uit balans is en welke gebieden getraind moeten worden om de klachten te verhelpen.

Onderzoek en Bevindingen

We begonnen met een grondig lichamelijk onderzoek om te kijken waar de beperkingen in het bewegingsapparaat zich bevonden. Onze bevindingen:

• Heup extensie: Er was een beperking in heup extensie, vooral zichtbaar tijdens de modified Thomas test, wat wijst op een verzwakte Iliopsoas.
• Knieflexie: De maximale knieflexie was pijnlijk in de eindstand, met meer provocatie in buikligging dan in rugligging.
• Quadriceps: Er was duidelijke spierzwakte in de quadriceps, met een “cave” (zwakte) ter hoogte van de spierbuik, proximaal van het midden.

Na het lichamelijk onderzoek gingen we verder met een krachtmeting om een beter beeld te krijgen van de krachtverhouding tussen links en rechts:

• Knie extensie: Er was een verschil van 18% in kracht, gebaseerd op pijn.
• Hamstrings: Een verschil van 12% in kracht aan de linkerzijde.
• Abductie/adductie ratio: De verhouding was 1,12, met een 10% zwakte in de abductoren aan de linkerzijde.

Deze gegevens toonden aan dat de linkerzijde aanzienlijk zwakker was dan de rechterzijde, wat de oorzaak van de klachten zou kunnen zijn.

Onze bevindingen bevestigden dat verminderde spierkracht en afgenomen controle aan de linkerzijde van het lichaam de belasting in de keten vergrootten. Video-opnames toonden aan dat de patiënt tussen de 1e en 4e kilometer meer in hyperextensie van de onderrug ging bewegen om de tekortkomingen in spierkracht te compenseren. Dit leidde tot een verhoogde belasting op het linkerbeen.

Daarnaast werd in de Runeasi-tabellen een toename in de G-krachten op het linkerbeen tijdens de impactfase zichtbaar. Dit gaf aan dat het linkerbeen meer druk te verwerken kreeg, wat waarschijnlijk bijdroeg aan de knieklachten.

Wat nu?
Onze conclusie is duidelijk: de afgenomen spierkracht, vooral aan de linkerzijde, resulteert in een onjuiste belasting van de bewegingsketen, wat de pijn in de knie verergert bij langere afstanden. We raden een gerichte krachttraining aan om de spierkracht en symmetrie te verbeteren, evenals het optimaliseren van de looptechniek, specifiek met het oog op het verbeteren van de controle over de landing en het vermijden van overmatige belasting van de onderrug.